André Hazes
De vijfde bijeenkomst, en de theateroefeningen gaan in een hogere versnelling. Een levend schilderij spelen, inclusief vervelende vlieg op de neus? Check! Improvisatietheater? Check! Gewenning aan elkaar, aan het podium, aan de vierde wand, aan het eventuele vergeten van een tekst… de oefeningen met stem, taal, lichaam, adem en mimiek dienen een doel dat voorlopig nog niet helder voor ogen staat.
Of toch? Als we mogen dromen hoe de theatervoorstelling er zou uitzien, hoe zou dat dan zijn? Weer lopen we de spreekwoordelijke bühne op en af, door elkaar heen, en declameren onze ideeën, of we fluisteren ze voor onszelf, aanhoren die van anderen, vullen aan. Arne noteert vlijtig wat hij hoort en opvangt.
Tussendoor heeft Marc zijn kinderdroom prachtig neergeschreven en voorgelezen, en heeft Raph zich nogmaals ontpopt als the voice van deze groep, wanneer hij ‘De vlieger’ van André Hazes brengt. “Ik heb hier een brief voor m'n moeder / Die hoog in de hemel is / Deze brief bind ik vast aan m'n vlieger / Tot zij hem ontvangt, zij die ik mis.” Improviseren is niets voor hem, zo bekent Raph later, wanneer ik hem terugvoer naar Roeselare. Maar zingen, en zelf ontroerd worden door muziek van Hazes of Lee Towers, daar ligt zijn hart.
Halverwege ontspint zich een lange discussie over de woonzorgcentra. Lydie (88 jaar) begrijpt niet waar het pessimisme hierrond - die bij enkele deelnemers aanwezig is - vandaan komt. Het WZC is haar thuis, waar ze vrij kan zijn, waar ze vrienden heeft en gaat en staat waar ze wil. Vooraf met een negatieve ingesteldheid naar een WZC trekken is selffulfilling prophecy. De discussie wordt neergelegd, en samengevat met de vraag: wanneer neem je de beslissing om te verhuizen? Van een huis naar een appartement, vandaar naar een serviceflat, een WZC… Elk beslissing is moeilijk.
Rond de klok van 4, wanneer de bijeenkomst voor vandaag beëindigd wordt, en de kalender overlopen wordt (de repetities, de speeldata), sijpelt langzaamaan binnen dat deelnemen aan dit avontuur geen vrijblijvend engagement is, dat dit project toch wat voorstelt. Hilde herhaalt wat ze de eerste keer heeft gezegd: dat het te doen is om dat steentje dat we willen verleggen.
Later die avond ben ik in Gent voor de première van Rebels, de documentaire van Knack-journaliste Ann Peuteman (die tevens betrokken is bij Grijs aan Zet), 8 portretten van evenveel krachtige, rebellerende 75-plussers die het beu zijn om als kleuters te worden behandeld. En ik bedenk dat er evengoed enkele mensen uit onze groep in de film hadden kunnen meespelen.
foto: Willy Houthoofd